Andere informatie en diensten van de overheid: www.belgium.be
Van toepassing voor
  • Burgers
  • Academische wereld

Inhoudstafel

De begroting is een formele wet

De begroting neemt de vorm aan van een wet, maar het gaat niet om een echte materiële wet, want:

  • ze bevat geen permanente normatieve bepalingen waaruit rechten en verplichtingen ontstaan voor juridische personen
  • ze is slechts voor één jaar geldig
  • de ontwerpbegrotingswetten hebben geen reglementair karakter en worden niet ter advies voorgelegd aan de afdeling wetgeving van de Raad van State.

Ondanks deze verschillen, is de begrotingswet grotendeels aan dezelfde parlementaire procedure onderworpen als een gewone wet.

De begroting is een essentieel beleids- en beheersinstrument

Ze is de financiële vertaling van wat de regering van plan is binnen elk van haar bevoegdheidsgebieden.

Het is aan de regering, bijgestaan door haar bestuursapparaat, om de begroting voor te bereiden en uit te voeren en rekenschap af te leggen tegenover de wetgevende macht.

Door de begroting aan te nemen geeft het parlement de regering de machtiging om belastingen te heffen en, dankzij de zo verworven financiële middelen, het beleid te voeren dat ze heeft vastgelegd in haar regeerverklaring. Elke weigering om de begroting goed te keuren, belet de regering om haar beleid te concretiseren.

Bij het ontbreken van een tijdige goedkeuring van de begroting, wordt de continuïteit van de administraties en overheidsorganisaties gegarandeerd door het systeem van de voorlopige kredieten.

De begroting vermeldt de ontvangsten

De begroting somt de verschillende bronnen op van de ontvangsten van de Federale Staat, alsook de bijhorende geraamde bedragen. Bovendien geeft ze de regering de mogelijkheid en de opdracht om belastingen te heffen. Ook krijgt ze de toelating om leningen af te sluiten. 

De begroting voorziet in de uitgaven 

De begroting voorziet in de uitgaven die de regering mag verrichten met eerbiediging van het specialiteitsprincipe. Dit houdt onder meer in dat de kredieten niet kunnen worden aangewend voor een ander begrotingsprogramma dan datgene waaraan ze zijn toegekend (kwalitatief aspect) en dat de goedgekeurde bedragen niet mogen worden overschreden (kwantitatief aspect).

De goedkeuring van een krediet verplicht de overheid niet de uitgave in kwestie te verrichten, ook al hebben sommige uitgaven een dwingend karakter. Typisch gaat het hier om de dotaties aan federale instellingen.  

De begroting is gebaseerd op het eenheidsprincipe

De eenheidsregel vereist dat alle ontvangsten en alle uitgaven van de Federale Staat in één enkel document worden opgenomen en tegelijkertijd ter goedkeuring worden voorgelegd aan de begrotingsoverheid. Er mag slechts één enkele staatsbegroting bestaan.

Dit principe maakt het mogelijk om de ontvangsten en uitgaven met elkaar te vergelijken, net als de kredieten bestemd voor de diverse beleidsdomeinen, want de volledige begroting is opgenomen in één enkel document. Ze vormt dus een vergelijkende lijst waardoor het mogelijk is te oordelen zowel over het evenwicht van de overheidsfinanciën als over de van de staatsuitgaven.    

De begroting is onderworpen aan het universaliteitsprincipe

Krachtens dit principe moeten alle ontvangsten en uitgaven opgenomen worden in de begrotingswet. Elke uitgave en elke ontvangst is een aparte handeling die erin vermeld moet worden. Dit in tegenstelling tot een nettobegroting die enkel het nettobedrag opneemt van de berekening tussen de gelinkte uitgaven en ontvangsten.

De begroting is jaarlijks

Het begrip 'jaarlijks' heeft twee betekenissen: de begroting wordt elk jaar goedgekeurd én is slechts één jaar van kracht.