Verloning – managementfunctie FOD/POD/ION (KB 16/11/2006)
De basisverloning van een mandaathouder wordt aan een salarisband gelinkt die bepaald wordt op basis van het advies van het wegingscomité managementfuncties.
De basisverloning van een mandaathouder wordt aan een salarisband gelinkt die bepaald wordt op basis van het advies van het wegingscomité managementfuncties.
Het bruto jaarlijks beloningspakket van een mandaathouder wordt bepaald in de functiebeschrijving van de managementfunctie en bestaat uit:
Elke managementfunctie wordt gewogen op basis van de functiebeschrijving en het competentieprofiel volgens een gestandaardiseerd functiewegingssysteem conform het koninklijk besluit van 11 juli 2001 betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde.
Het functiewegingscomité brengt advies uit over het functiegewicht dat bij de functie hoort.
Het functiewegingscomité toets de functiebeschrijving en het competentieprofiel aan de 13 criteria uit het functiewegingsmodel. Dit leidt tot een bepaald functiegewicht voor de gehele functie.
Typische kenmerken van de wedde:
Bovenop deze bezoldiging voorziet de reglementering in een mogelijke forfaitaire terugbetaling van gemaakte onkosten en kan de houder van een managementfunctie kiezen tussen één van volgende opties:
Het initiatief om het mobiliteitsbudget in te voeren komt van de federale organisatie. Het is dus de federale organisatie (werkgever) die beslist om al dan niet de mogelijkheid te bieden om de bedrijfswagen in te ruilen voor een mobiliteitsbudget.
Je kan gebruik maken van een mobiliteitsbudget:
Als mandaathouder kan je dit budget vrij verdelen over 3 pijlers, rekening houdend met de mogelijkheden die jouw organisatie biedt.
Pijler 1: milieuvriendelijke bedrijfswagen
Als je wil weten welke wagens tot deze categorie behoren, ga dan naar de site van het mobiliteitsbudget.
Pijler 2: duurzame vervoermiddelen en huisvestingskosten
Pijler 3: jaarlijkse betaling
Op het einde van elk kalenderjaar gebeurt een afrekening. Als je je budget voor de pijlers 1 en 2 niet volledig hebt opgebruikt, wordt het resterende bedrag één keer per jaar in geld aan je uitbetaald.
Dit zal echter worden verminderd met een speciale bijdrage van 38,07% die bijdraagt tot de opbouw van sociale rechten.