Het indexcijfer van de consumptieprijzen - of algemene index - meet de prijsevolutie van goederen en diensten die de gezinnen consumeren. De indexcijfers tonen de evolutie van de levensduurte voor de gezinnen.
In principe zouden de prijzen van alle consumptiegoederen en -diensten genoteerd moeten worden. Dit is uiteraard niet mogelijk.
Daarom wordt er een korf met de belangrijkste goederen en diensten samengesteld.
Elke maand wordt de waarde van deze korf van goederen en diensten bepaald.
De waarde wordt uitgedrukt door het indexcijfer van de consumptieprijzen ("de index").
Stijgen de prijzen van de producten en diensten, dan stijgt ook de algemene index.
Bereikt of overstijgt de algemene index een bepaalde waarde ("de spilindex"), dan worden de lonen en sociale uitkeringen automatisch verhoogd. Dit noemen we de automatische indexering.
België en Luxemburg zijn de enige landen ter wereld waar dit automatisme nog bestaat.