Vaderschapsverlof
Vaderschapsverlof is een omzetting van zwangerschapsverlof, in die zin dat het wordt opgenomen na de geboorte van je kind. Je kan het in 3 situaties opnemen.
Vaderschapsverlof is een omzetting van zwangerschapsverlof, in die zin dat het wordt opgenomen na de geboorte van je kind. Je kan het in 3 situaties opnemen.
Als vader heb je recht op een vaderschapsverlof om de opvang van je kind te verzekeren als de moeder van het kind in het ziekenhuis opgenomen wordt of overlijdt.
In geval van overlijden van de moeder krijg je verlof voor een periode zolang als het door de moeder niet opgebruikte moederschapsverlof. Om dit verlof te verkrijgen moet je je dienst hiervan schriftelijk op de hoogte brengen, en dit binnen de zeven dagen volgend op het overlijden van de moeder. De aanvraag moet gestaafd worden met een uittreksel uit de overlijdensakte.
In het geval van hospitalisatie van de moeder kan je vaderschapsverlof krijgen op 2 voorwaarden:
Je moet een getuigschrift indienen dat de datum van de bevalling, de datum waarop de pasgeborene het ziekenhuis verlaten heeft en de duur van de hospitalisatie bovenop de zeven dagen volgend op de bevalling, aangeeft.
Het vaderschapsverlof begint ten vroegste op de zevende dag volgend op die van de bevalling; het wordt beëindigd op het ogenblik dat de hospitalisatie van de moeder ten einde loopt en uiterlijk op het einde van het door de moeder niet opgebruikte moederschapsverlof.
Koninklijk besluit van 17 oktober 1994 betreffende de omzetting van het moederschapsverlof in vaderschapsverlof bij overlijden of hospitalisatie van de moeder.